Een volledig kunstgebit
Als er geen tanden meer in de mond aanwezig zijn dan wordt er gesproken over een edentate kaak. Hier kan een conventionele volledig kunstgebit geplaatst worden. Deze zal alle tanden vervangen. Meestal gaat het verlies van tanden geleidelijk. Als u een vervallen rest gebit heeft, en er is samen met uw tandarts en tandprotheticus geconstateerd dat een kunstgebit geïndiceerd is, dan is de onderstaande tekst een duidelijke beschrijving van het proces. Wij kunnen u begeleiden en helpen zo de juiste stappen te nemen.
Uw eerste kunstgebit (immediaat prothese)
Van eigen tanden en kiezen naar een kunstgebit begint hier. Wij schrijven een verwijsbrief naar de door ons samen gekozen tandarts/kaakchirurg. We hebben een samenwerkingsverband met verschillende specialisten. Voor het tijdstip van extractie (trekken van tanden en kiezen) wordt er door ons een passend kunstgebit vervaardigd. Deze kan na het extraheren geplaatst worden.
Het trekken van tanden en kiezen
Het trekken van tanden en kiezen gebeurt soms niet in één keer. Want dat is een nogal grote ingreep. De tandarts trekt eerst uw kiezen. Uw tanden trekt hij pas later, zodat u niet zonder tanden hoeft te lopen. Tussen het trekken van kiezen en tanden zit doorgaans wel enkele weken. In de tussentijd krijgt het tandvlees de gelegenheid om te genezen en te herstellen. U zult het dus een tijdje zonder kiezen moeten stellen. Met eten is dat een beetje behelpen. Als de wonden nog niet genezen zijn, kunt u het beste zacht voedsel eten. Daarna kunt u langzamerhand weer proberen te eten wat u normaal gewend bent. Meestal zal uw kauwvermogen (tijdelijk) minder zijn.
Het kunstgebit wordt direct geplaatst
Vroeger liepen de mensen voor ze een kunstgebit kregen een tijdje zonder tanden. Tegenwoordig hoeft dat niet meer. Het kunstgebit wordt onmiddellijk in de mond geplaatst als de laatste tanden zijn getrokken. U vindt het misschien een vreemd idee dat u een kunstgebit krijgt over die verse wonden. Maar u zult merken dat het kunstgebit als een soort verband op de wonden zit. Als u het resultaat in de spiegel bekijkt, zal het er wel vreemd uitzien. Schrik niet. Er is immers heel wat in uw mond gebeurd. Na een paar dagen ziet het er een stuk beter uit.
In het begin praat u wat onwennig. U slist bijvoorbeeld. Of bepaalde klanken zijn anders. Dat komt omdat uw mond nog moet wennen aan het kunstgebit. Oefenen helpt veel. Hardop de krant lezen bijvoorbeeld. De problemen met het praten gaan meestal vanzelf over.
De eerste dag
De eerste dag zal uw kunstgebit nog niet lekker zitten. Het kan klemmen en soms pijn veroorzaken. Toch mag u het niet uit uw mond halen. U kunt er de wonden weer mee opentrekken. En omdat uw tandvlees kan gaan zwellen, zal het kunstgebit daarna ook niet meer goed in uw mond passen. De eerste uren na het trekken van de tanden kan uw speeksel rood zijn. Dat komt omdat de wonden nog een beetje nabloeden, maar dit zal vrij snel ophouden. Dan neemt het speeksel ook weer de normale kleur aan. Dat betekent niet dat de wonden helemaal zijn genezen.
De eerste 24 uur kunt u ook beter niet spoelen. Er vormen zich namelijk bloedstolsels in de wonden. Door te spoelen laten die stolsels los en begint het bloeden opnieuw. Er is een kleine kans dat het bloeden niet overgaat, ondanks de genomen voorzorgsmaatregelen. Trek dan aan de bel! Doe dat ook als u pijn houdt. In elk geval niet zomaar een pijnstiller nemen, want van sommige pijnstillers kan het bloeden juist heviger worden.
Spreek goed met uw tandprotheticus/tandarts af wat u de eerste 24 uur wel of niet moet doen.
Wennen aan het kunstgebit
Pas na 40 uur mag het kunstgebit uit uw mond. Afhankelijk van wat u heeft afgesproken, doet de tandarts dat, of doet u het zelf. Als u het zelf mag doen, wees dan voorzichtig. Spoel het kunstgebit af en borstel het schoon. Reinig uw mond door voorzichtig te spoelen met lauw water waarin u eventueel een beetje zout doet. U kunt daarvoor ook een bij de drogist verkrijgbaar spoelmiddel gebruiken. Spoelen met lauwe kamillethee kan ook heel goed. Als de wonden beginnen te genezen en de pijn is verdwenen, kunt u langzaam wennen aan uw kunstgebit. Dat vraagt tijd. Het gaat bij de één sneller dan bij de ander.
Eten en praten
De eerste tijd zult u bij het eten misschien pijn hebben. Daar kunt u iets aan doen door alleen zacht en makkelijk voedsel te eten, bijvoorbeeld puree, gehakt of zacht fruit. Later kunt u langzaam harder voedsel proberen. In het begin praat u wat onwennig. U slist bijvoorbeeld. Of bepaalde klanken zijn anders. Dat komt omdat uw mond nog moet wennen aan het kunstgebit. Oefenen helpt veel. Hardop de krant lezen bijvoorbeeld. De problemen met het praten gaan meestal vanzelf over.
Slapen met of zonder kunstgebit
Uw kaken hebben een tijdje nodig om te wennen aan het kunstgebit. De eerste week moet u het tijdens het slapen dan ook niet uitdoen. Daarna is het juist beter om het voor het slapen wel uit te doen. Op die manier krijgen uw kaken de nodige rust. Misschien vindt u een mond zonder tanden en kiezen niet zo’n prettig idee. Doet u dan alleen het kunstgebit in de onderkaak uit. Als u het kunstgebit niet draagt, kunt u het bewaren in een glas met een reinigingsmiddel, dat verkrijgbaar is bij drogist of apotheek.
Slapen met of zonder kunstgebit
Uw kaken hebben een tijdje nodig om te wennen aan het kunstgebit. De eerste week moet u het tijdens het slapen dan ook niet uitdoen. Daarna is het juist beter om het voor het slapen wel uit te doen. Op die manier krijgen uw kaken de nodige rust. Misschien vindt u een mond zonder tanden en kiezen niet zo’n prettig idee. Doet u dan alleen het kunstgebit in de onderkaak uit. Als u het kunstgebit niet draagt, kunt u het bewaren in een glas met een reinigingsmiddel, dat verkrijgbaar is bij drogist of apotheek.
Regelmatig schoonmaken
Het kunstgebit
Net als eigen tanden en kiezen, moet u het kunstgebit verzorgen. Want als u het niet regelmatig schoonmaakt, blijven er voedselresten achter. Op uw kunstgebit maar ook eronder. Als die niet worden verwijderd, kan op den duur uw tandvlees gaan ontsteken. Daarom moet u het kunstgebit ’s Morgens en ’s Avonds schoonmaken. Dat kan het beste met een borsteltje en zeep. Bij uw tandprotheticus en drogist vindt u speciale borstels en schoonmaakproducten voor uw kunstgebit. Liever geen tandpasta gebruiken, omdat sommige tandpasta’s te veel schuren. Een schoon kunstgebit moet altijd glad aanvoelen.
Soms kan het voorkomen dat zich tandsteen vormt op het kunstgebit. Dat is erg moeilijk te verwijderen. In dat geval kunt u het kunstgebit een nacht lang in een bekertje met gewone natuurazijn of een reinigingsmiddel leggen. ’s Ochtends kunt u dan het tandsteen van het kunstgebit afborstelen. Leg het kunstgebit nooit in heet water en gebruik zeker geen bleekwater of schuurmiddelen.
Het tandvlees
Houd ook het tandvlees schoon. In het begin, als de wonden nog niet helemaal zijn genezen, moet u de mond na elke maaltijd met een beetje lauw water spoelen. Daarna is het beter uw mond met een zachte tandenborstel te poetsen. U kunt daarvoor het beste gewone tandpasta of alleen water gebruiken. Masseer met een zachte tandenborstel minstens één keer per dag het slijmvlies van de kaken waar het kunstgebit op rust. Poets ook uw verhemelte. Ook daar kunnen immers voedselresten zitten. Zo maakt u de hele mond weer schoon.
Controle
De eerste tijd kan het kunstgebit ergens klemmen en pijn doen. Dat is heel normaal. Ga er wel mee naar de tandprotheticus. Hij kan er namelijk iets aan doen. Ook als het na zo’n eerste correctie nog niet ideaal is, ga gerust terug. Na verloop van tijd zult u het gevoel hebben dat uw kunstgebit losser is gaan zitten. Doordat de wonden zijn genezen, zijn de kaken geslonken en is er ruimte ontstaan tussen kaak en kunstgebit. Probeer niet het euvel zelf te verhelpen met kleefpasta of andere middelen.
Uw tandprotheticus zal dit na verloop van tijd moeten aanpassen. Bij alles wat niet in de haak is met uw kunstgebit is de beste oplossing naar uw tandprotheticus gaan.
Bij een extractie van een volledige kaak is de verandering van het kaakbot na drie maanden soms extreem groot. Dan is een nieuw kunstgebit/prothese de beste oplossing. Dit is een tweefase systeem. De eerste prothese (noodprothese) zal 100% vergoed worden door de zorgverzekeraar, de definitieve prothese drie maanden later voor 75% door de basisverzekering en de rest door de eventueel aanvullende verzekering.